guidedbattlefieldtours.org

TOURS 1 JOUR

TOURS PLUSIEURS JOURS

FLANDRES

FLANDRES

Conseils et explications historiques sur la Première Guerre mondiale en Flandre

BRUGES

BRUGES

Le programme de jour de Bruges se situe plutôt dans la partie inconnue, à savoir dans et autour de la région de Sint Anna

LA NORMANDIE

LA NORMANDIE

La Normandie et sa riche histoire à la fois culinaire et géographique. Profitez de la Normandie sur le canal

LA CORSE

LA CORSE

Les Grecs de l’Antiquité appelaient la Corse Kallisté, la plus belle. L’île contient le meilleur de tous les mondes méditerranéens

SOMME

SOMME

Champs de bataille sur la Somme, Amiens, Arras et Boulogne-sur-Mer; Déplacement de sites et histoires réelles

WATERLOO

WATERLOO

C’est une journée complètement dans l’ESPRIT de « La Dernière Bataille de Napoléon Waterloo »

LOTHARINGEN

LOTHARINGEN

La Lorraine française comprend l’ancien duché de Lorraine, le duché de Bar et les diocèses de Metz, Toul et Verdun

DRONE

DRONE

Je suis titulaire du certificat de pilote de drone. C’est une valeur ajoutée absolue comme souvenir de voyage!

SOCIAL MEDIA

Comments Box SVG iconsUsed for the like, share, comment, and reaction icons

De Slag bij Bouvines werd op 27 juli 1214 geleverd ten oosten van de rivier de Marke, tussen Bouvines en Crysong in het zuidelijk deel van het graafschap Henegouwen, tussen enerzijds koning Filips II van Frankrijk en anderzijds Ferrand van Portugal, de graaf van Vlaanderen, geallieerd met koning Jan I van Engeland (Jan zonder Land), keizer Otto IV van het Heilige Roomse Rijk, Hendrik I, hertog van Brabant en hun bondgenoten. De Vlaamse alliantie werd, hoewel numeriek in de meerderheid, verpletterend verslagen. De Franse koning verzamelde 2400 ridders en lichte ruiters en 5000 man infanterie. Otto kon beschikken over evenveel ruiters, ridders en 7500 man infanterie. Filips August, die als eerste op het slagveld aankwam, had alle tijd om zijn leger op te stellen in een 3 km lang front van noord naar zuid, dwars over de Romeinse Weg tussen Doornik en Bouvines. De rechtervleugel van de Fransen, opgesteld tegenover de troepen van Ferrand, viel aan terwijl het centrum en de linkervleugel de reactie van de vijand afwachtten. Na drie uur strijdt, werd Ferrands leger uiteengeslagen. Daarna viel Otto aan in het centrum, en Vlamingen in zijn strijdmacht slaagden erin de Franse koning uit het zadel te lichten, maar ze wisten hem niet gevangen te nemen. De keizer vluchtte toen de Fransen zijn aanval tot staan brachten. De rechtervleugel van de coalitietroepen, onder leiding van Reinout van Dammartin, graaf van Boulogne, hield stand maar geraakte geïsoleerd door de ineenstorting van het centrum. Ferrand, en met hem Reinout van Dammartin, William Longespee (de graaf van Salisbury en halfbroer van Jan zonder Land), alsook Arnulf IV van Oudenaarde, de aanvoerder van de Vlamingen, werden gevangengenomen. ... Voir plusVoir moins

De Slag bij Bouvines werd op 27 juli 1214 geleverd ten oosten van de rivier de Marke, tussen Bouvines en Crysong in het zuidelijk deel van het graafschap Henegouwen, tussen enerzijds koning Filips II van Frankrijk en anderzijds Ferrand van Portugal, de graaf van Vlaanderen, geallieerd met koning Jan I van Engeland (Jan zonder Land), keizer Otto IV van het Heilige Roomse Rijk, Hendrik I, hertog van Brabant en hun bondgenoten. De Vlaamse alliantie werd, hoewel numeriek in de meerderheid, verpletterend verslagen. De Franse koning verzamelde 2400 ridders en lichte ruiters en 5000 man infanterie. Otto kon beschikken over evenveel ruiters, ridders en 7500 man infanterie. Filips August, die als eerste op het slagveld aankwam, had alle tijd om zijn leger op te stellen in een 3 km lang front van noord naar zuid, dwars over de Romeinse Weg tussen Doornik en Bouvines. De rechtervleugel van de Fransen, opgesteld tegenover de troepen van Ferrand, viel aan terwijl het centrum en de linkervleugel de reactie van de vijand afwachtten. Na drie uur strijdt, werd Ferrands leger uiteengeslagen. Daarna viel Otto aan in het centrum, en Vlamingen in zijn strijdmacht slaagden erin de Franse koning uit het zadel te lichten, maar ze wisten hem niet gevangen te nemen. De keizer vluchtte toen de Fransen zijn aanval tot staan brachten. De rechtervleugel van de coalitietroepen, onder leiding van Reinout van Dammartin, graaf van Boulogne, hield stand maar geraakte geïsoleerd door de ineenstorting van het centrum. Ferrand, en met hem Reinout van Dammartin, William Longespee (de graaf van Salisbury en halfbroer van Jan zonder Land), alsook Arnulf IV van Oudenaarde, de aanvoerder van de Vlamingen, werden gevangengenomen.Image attachmentImage attachment+2Image attachment

0 CommentairesComment on Facebook

Vandaag 72 jaar geleden in 1952 is het verdrag van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal bekrachtigd.
Dit was een Europese organisatie die bedoeld was om de productie van kolen en staal onder het gezag te plaatsen van een gemeenschappelijke Hoge Autoriteit. De EGKS geldt als de eerste aanzet tot de Europese Unie, waarin zij later opging, al hield zij juridisch pas op te bestaan in 2002, na 50 jaar.
op dat het Duitse probleem van herbewapening in bedwang moest houden en kwam tot stand door het Verdrag van Parijs, dat werd ondertekend in 1951 en van kracht werd in 1952. De zes oprichtende landen waren Frankrijk, West-Duitsland, Italië en de drie landen van de Benelux (België, Nederland en Luxemburg). Het initiatief werd genomen door de Franse minister van Buitenlandse Zaken Robert Schuman, die op 9 mei 1950 het plan-Schuman gelanceerd had. De strekking hiervan was oorlogen tussen de erfvijanden Frankrijk en Duitsland materieel onmogelijk te maken door de gehele Frans-Duitse productie van kolen en staal te plaatsen onder een gemeenschappelijke Hoge Autoriteit
... Voir plusVoir moins

Vandaag 72 jaar geleden in 1952 is het verdrag van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal bekrachtigd.
Dit was een Europese organisatie die bedoeld was om de productie van kolen en staal onder het gezag te plaatsen van een gemeenschappelijke Hoge Autoriteit. De EGKS geldt als de eerste aanzet tot de Europese Unie, waarin zij later opging, al hield zij juridisch pas op te bestaan in 2002, na 50 jaar.
op dat het Duitse probleem van herbewapening in bedwang moest houden en kwam tot stand door het Verdrag van Parijs, dat werd ondertekend in 1951 en van kracht werd in 1952. De zes oprichtende landen waren Frankrijk, West-Duitsland, Italië en de drie landen van de Benelux (België, Nederland en Luxemburg). Het initiatief werd genomen door de Franse minister van Buitenlandse Zaken Robert Schuman, die op 9 mei 1950 het plan-Schuman gelanceerd had. De strekking hiervan was oorlogen tussen de erfvijanden Frankrijk en Duitsland materieel onmogelijk te maken door de gehele Frans-Duitse productie van kolen en staal te plaatsen onder een gemeenschappelijke Hoge AutoriteitImage attachmentImage attachment+1Image attachment

0 CommentairesComment on Facebook

Vandaag twee gebeurtenissen op 23 juli 1914 stelt Hongarije een ultimatum aan Servië naar aanleiding van de moordaanslag op Kroonprins Frans Ferdinand in Sarajevo. Het land krijgt 48 uur om te voldoen aan een aantal onmogelijke Oostenrijkse eisen. Een oorlog lijkt onvermijdelijk. (Juli-ultimatum) Het Juli-ultimatum of het Oostenrijks-Hongaarsultimatum aan Servië was een ultimatum dat Oostenrijk-Hongarije op 23 juli 1914 stelde aan de regering van Servië, als gevolg van de moord op de Oostenrijkse kroonprins Frans Ferdinand in Sarajevo. Het ultimatum eiste kortweg dat de zaak tot de bodem werd uitgezocht, maar eiste dat Servië zich daarvoor wel een diepgaande inbreuk op de soevereiniteit moest laten welgevallen, onder meer door het toelaten van Oostenrijkse politiebeambten. Servië stemde met alle eisen in, op een na, waarna Oostenrijk de zaak op scherp zette en met oorlog dreigde. Hierdoor kwam een kettingreactie op gang, die tot de Eerste Wereldoorlog leidde.
Tweede historisch nieuws komt vanuit de autowereld.:
1903 - Henry Ford verkoopt zijn eerste auto, een tweecilinder Model A die is gemaakt in Detroit.
Henry Ford had een bijzondere aanleg voor techniek. Hoewel zijn vader vond dat hij beter boer kon worden, koos Henry voor de techniek. Na de dood van zijn moeder Mary Ford, in 1876, zag Henry iets wat zijn leven zou veranderen. Hij zag een wagen die voortbewoog zonder paarden. Een stoommachine zorgde voor de aandrijving. Twee jaar later, in 1878, verliet hij het huis van zijn ouders en nam als 15-jarige jongen een baantje. Hij werkte als leerling in een smidse in Detroit waar stoommachines werden gerepareerd. Met zijn loon van $ 2,50 per week kon hij niet rondkomen en hij nam er nog een baantje bij. Als tweede baan repareerde hij bij een juwelier horloges. Hiermee verdiende hij 50 cent per week extra. 50 jaar later had hij als autofabrikant 658 miljoen dollar verdiend aan nettowinst.
... Voir plusVoir moins

Vandaag twee gebeurtenissen op 23 juli 1914 stelt Hongarije een ultimatum aan Servië naar aanleiding van de moordaanslag op Kroonprins Frans Ferdinand in Sarajevo. Het land krijgt 48 uur om te voldoen aan een aantal onmogelijke Oostenrijkse eisen. Een oorlog lijkt onvermijdelijk. (Juli-ultimatum) Het Juli-ultimatum of het Oostenrijks-Hongaarsultimatum aan Servië was een ultimatum dat Oostenrijk-Hongarije op 23 juli 1914 stelde aan de regering van Servië, als gevolg van de moord op de Oostenrijkse kroonprins Frans Ferdinand in Sarajevo. Het ultimatum eiste kortweg dat de zaak tot de bodem werd uitgezocht, maar eiste dat Servië zich daarvoor wel een diepgaande inbreuk op de soevereiniteit moest laten welgevallen, onder meer door het toelaten van Oostenrijkse politiebeambten. Servië stemde met alle eisen in, op een na, waarna Oostenrijk de zaak op scherp zette en met oorlog dreigde. Hierdoor kwam een kettingreactie op gang, die tot de Eerste Wereldoorlog leidde.
Tweede historisch nieuws komt vanuit de autowereld.: 
1903 - Henry Ford verkoopt zijn eerste auto, een tweecilinder Model A die is gemaakt in Detroit. 
Henry Ford had een bijzondere aanleg voor techniek. Hoewel zijn vader vond dat hij beter boer kon worden, koos Henry voor de techniek. Na de dood van zijn moeder Mary Ford, in 1876, zag Henry iets wat zijn leven zou veranderen. Hij zag een wagen die voortbewoog zonder paarden. Een stoommachine zorgde voor de aandrijving. Twee jaar later, in 1878, verliet hij het huis van zijn ouders en nam als 15-jarige jongen een baantje. Hij werkte als leerling in een smidse in Detroit waar stoommachines werden gerepareerd. Met zijn loon van $ 2,50 per week kon hij niet rondkomen en hij nam er nog een baantje bij. Als tweede baan repareerde hij bij een juwelier horloges. Hiermee verdiende hij 50 cent per week extra. 50 jaar later had hij als autofabrikant 658 miljoen dollar verdiend aan nettowinst.Image attachmentImage attachment+1Image attachment

0 CommentairesComment on Facebook

Het Bloedbad van Béziers (Occitaans: lo chaple de Besièrs, ook wel Grand masèl) was een militaire operatie die plaatsvond gedurende de Albigenzische Kruistochten. Hiermee wordt de massamoord bedoeld die gepleegd werd om de katharen te vernietigen. De stad Béziers werd in juli 1209 verslagen door een kruisleger onder leiding van Arnaud Amaury, abt van de abdij van Citaux, en legaat van paus Innocentius III.
Eerdere pogingen de katharen te vernietigen waren op niets uitgelopen. Na de moord op Pierre de Castelnau besloot paus Innocentius III op 14 januari 1208 een kruistocht tegen de Katharen te beginnen. Graaf Raymond VI van Toulouse, heerser over een van de gebieden waar de kathaarse invloed zich het sterkst deed gelden, sloot zich hier bij aan. De kruisvaarders besloten de burggraafschappen aan te vallen waar de Katharen het sterkst vertegenwoordigd waren: Béziers, Razès, Albi en Carcassonne. Deze burggraafschappen werden geleid door Raimond-Roger Trencavel.
Toen de kruisvaarders te Montpellier aankwamen, reisde Trencavel daarnaartoe en vroeg een onderhoud aan met Amaury. Hij bevestigde nogmaals zijn trouw aan het katholieke geloof, en probeerde te onderhandelen om een aanval te voorkomen. De legaat eiste echter een totale onderwerping aan de pauselijke macht. De jonge burggraaf achtte dit verzoek onacceptabel en weigerde dit. Hij keerde daarop terug naar Béziers, bereidde deze stad voor op een belegering, en probeerde vervolgens in Carcassonne een hulpleger op de been te brengen. Toen de kruisvaarders kort daarna de stad benaderden ondernam de bisschop, Renaud de Montpeyroux, nog een laatste bemiddelingspoging. Arnaud Amaury eiste dat de stad alle Katharen aan hem uit zou leveren. De bisschop stelde daarop een lijst met daarop 222 namen van vermeende ketters op. Het is niet helemaal duidelijk, waarop hij deze lijst gebaseerd heeft.
De lijst bevatte:
• óf alle aanhangers van het kathaarse geloof in Béziers
• óf de hoofden van kathaarse families (hetgeen zou duiden op een duizendtal katharen in de stad)
• óf alle leden van de kathaarse clerus (hetgeen erop zou duiden dat een derde tot de helft van de stad het kathaarse geloof aanhing)
De bisschop merkte op dat er enkele ethische en logistieke bezwaren kleefden aan het uitleveren van deze mensen. Amaury eiste daarop dat alle katholieken de stad zouden verlaten om niet hetzelfde lot als de katharen ten deel te vallen. De bevolking en hun vertegenwoordiging wezen dit af; ze voelden zich veilig in de omwalling van hun stad, en gaven aan solidair te zijn met hun kathaarse medeburgers. Alleen de bisschop en enkele andere katholieken verlieten de stad.
Vervolgens werden alle inwoners vermoord, onder het motto Tuez-les tous, Dieu reconnaîtra les siens ("Doodt hen allen, God zal de zijnen herkennen"). Het aantal slachtoffers wordt in kronieken geschat op 15.000 tot 22.000, maar dit aantal is waarschijnlijk sterk overdreven. Vermoedelijk woonden er in Béziers zelf niet meer dan 10.000 mensen, waarvan mogelijk de helft is omgekomen.
... Voir plusVoir moins

Het Bloedbad van Béziers (Occitaans: lo chaple de Besièrs, ook wel Grand masèl) was een militaire operatie die plaatsvond gedurende de Albigenzische Kruistochten. Hiermee wordt de massamoord bedoeld die gepleegd werd om de katharen te vernietigen. De stad Béziers werd in juli 1209 verslagen door een kruisleger onder leiding van Arnaud Amaury, abt van de abdij van Citaux, en legaat van paus Innocentius III.
Eerdere pogingen de katharen te vernietigen waren op niets uitgelopen. Na de moord op Pierre de Castelnau besloot paus Innocentius III op 14 januari 1208 een kruistocht tegen de Katharen te beginnen. Graaf Raymond VI van Toulouse, heerser over een van de gebieden waar de kathaarse invloed zich het sterkst deed gelden, sloot zich hier bij aan. De kruisvaarders besloten de burggraafschappen aan te vallen waar de Katharen het sterkst vertegenwoordigd waren: Béziers, Razès, Albi en Carcassonne. Deze burggraafschappen werden geleid door Raimond-Roger Trencavel.
Toen de kruisvaarders te Montpellier aankwamen, reisde Trencavel daarnaartoe en vroeg een onderhoud aan met Amaury. Hij bevestigde nogmaals zijn trouw aan het katholieke geloof, en probeerde te onderhandelen om een aanval te voorkomen. De legaat eiste echter een totale onderwerping aan de pauselijke macht. De jonge burggraaf achtte dit verzoek onacceptabel en weigerde dit. Hij keerde daarop terug naar Béziers, bereidde deze stad voor op een belegering, en probeerde vervolgens in Carcassonne een hulpleger op de been te brengen. Toen de kruisvaarders kort daarna de stad benaderden ondernam de bisschop, Renaud de Montpeyroux, nog een laatste bemiddelingspoging. Arnaud Amaury eiste dat de stad alle Katharen aan hem uit zou leveren. De bisschop stelde daarop een lijst met daarop 222 namen van vermeende ketters op. Het is niet helemaal duidelijk, waarop hij deze lijst gebaseerd heeft. 
De lijst bevatte:
• óf alle aanhangers van het kathaarse geloof in Béziers
• óf de hoofden van kathaarse families (hetgeen zou duiden op een duizendtal katharen in de stad)
• óf alle leden van de kathaarse clerus (hetgeen erop zou duiden dat een derde tot de helft van de stad het kathaarse geloof aanhing)
De bisschop merkte op dat er enkele ethische en logistieke bezwaren kleefden aan het uitleveren van deze mensen. Amaury eiste daarop dat alle katholieken de stad zouden verlaten om niet hetzelfde lot als de katharen ten deel te vallen. De bevolking en hun vertegenwoordiging wezen dit af; ze voelden zich veilig in de omwalling van hun stad, en gaven aan solidair te zijn met hun kathaarse medeburgers. Alleen de bisschop en enkele andere katholieken verlieten de stad.
Vervolgens werden alle inwoners vermoord, onder het motto Tuez-les tous, Dieu reconnaîtra les siens (Doodt hen allen, God zal de zijnen herkennen). Het aantal slachtoffers wordt in kronieken geschat op 15.000 tot 22.000, maar dit aantal is waarschijnlijk sterk overdreven. Vermoedelijk woonden er in Béziers zelf niet meer dan 10.000 mensen, waarvan mogelijk de helft is omgekomen.Image attachmentImage attachment+3Image attachment

0 CommentairesComment on Facebook

De eenentwintigste juli is de Nationale Feestdag van België.
Op die dag zijn winkels en postkantoren gesloten en staat het land stil bij het feit dat op die dag in 1831 de eerste koning van België, Leopold I, de grondwettelijke eed aflegde.
Voor die bewuste dag in 1831 hadden de Belgen al een koning gehad. Samen met de Noordelijke Nederlanden maakten ze onderdeel uit van het koninkrijk van Willem I der Nederlanden. De Belgen kwamen in 1830 echter in opstand en scheidden zich uiteindelijk af. Het startschot voor de Belgische onafhankelijkheidsstrijd werd gegeven op 25 augustus 1830. In de Muntschouwburg in Brussel werd op die dag, ter gelegenheid van de verjaardag van koning Willem I, de opera La Muette de Portici (de stomme van Portici) gespeeld, een stuk over een opstand tegen de Napolitaanse koninklijke garde.
Terwijl het stuk opgevoerd werd, ontstond er tumult. Bij de schouwburg had zich al een groep relschoppers verzameld en zij kregen gezelschap van enkele tientallen bezoekers van de schouwburg. Gezamenlijk sloegen ze ruiten in, plunderden ze winkels en verzamelden ze wapens.
De geest was uit de fles.
Het was het begin van de Belgische Al vijftien jaar was Willem I koning van zowel de Noordelijke als de Zuidelijke Nederlanden (1815). Beide gebieden waren samengevoegd tijdens het Congres van Wenen dat Europa na de val van Napoleon opnieuw moest indelen. Na vijftien jaar waren veel Belgen ontevreden. Veel van de katholieke zuiderlingen waren bijvoorbeeld niet blij met het feit dat Willem I protestants was en de Franstalige edelen vonden het weer vervelend dat de regering Nederlands sprak. Veel liberalen waren daarnaast van mening dat de koning veel te machtig was. Toen in 1830 in Frankrijk de koning Karel X succesvol werd afgezet kwamen ook de Belgen in actie. Koning Willem I wilde de Zuidelijke Nederlanden kost wat kost in het koninkrijk houden en zette het leger in tegen de opstandelingen. Al snel splitste het leger zich echter ook. De zuidelijke militairen deserteerden op grote schaal. Dit versterkte het onafhankelijkheidsgevoel van de Belgen nog meer en er werd een nieuwe koning aangesteld: Leopold van Saksen-Coburg, de eerste koning der Belgen, ofwel Leopold I. Deze koning legde op 21 juli 1831 de grondwettelijke eed af. De eenentwintigste juli is om die reden in België nog altijd de nationale feestdag. Leopold I was in 1830 overigens eerst nog gevraagd om koning te worden van Griekenland. Dit zag de Duitse prins echter niet zitten. De Belgen vonden hem onder meer een geschikte kandidaat omdat ze via deze koning de banden met Engeland hoopten goed te kunnen houden. Leopold I was de oom van de Engelse koningin Victoria. Net als Willem I was Leopold overigens protestants. Hij aanvaardde het koningschap met de toezegging dat hij zijn kinderen in het overwegend katholieke België een katholieke opvoeding zou geven. Het feit dat Leopold alleen Frans en geen Nederlands sprak, was voor de Belgen destijds geen probleem.
... Voir plusVoir moins

De eenentwintigste juli is de Nationale Feestdag van België. 
Op die dag zijn winkels en postkantoren gesloten en staat het land stil bij het feit dat op die dag in 1831 de eerste koning van België, Leopold I, de grondwettelijke eed aflegde.
 Voor die bewuste dag in 1831 hadden de Belgen al een koning gehad. Samen met de Noordelijke Nederlanden maakten ze onderdeel uit van het koninkrijk van Willem I der Nederlanden. De Belgen kwamen in 1830 echter in opstand en scheidden zich uiteindelijk af. Het startschot voor de Belgische onafhankelijkheidsstrijd werd gegeven op 25 augustus 1830. In de Muntschouwburg in Brussel werd op die dag, ter gelegenheid van de verjaardag van koning Willem I, de opera La Muette de Portici (de stomme van Portici) gespeeld, een stuk over een opstand tegen de Napolitaanse koninklijke garde. 
Terwijl het stuk opgevoerd werd, ontstond er tumult. Bij de schouwburg had zich al een groep relschoppers verzameld en zij kregen gezelschap van enkele tientallen bezoekers van de schouwburg. Gezamenlijk sloegen ze ruiten in, plunderden ze winkels en verzamelden ze wapens. 
De geest was uit de fles. 
Het was het begin van de Belgische Al vijftien jaar was Willem I koning van zowel de Noordelijke als de Zuidelijke Nederlanden (1815). Beide gebieden waren samengevoegd tijdens het Congres van Wenen dat Europa na de val van Napoleon opnieuw moest indelen. Na vijftien jaar waren veel Belgen ontevreden. Veel van de katholieke zuiderlingen waren bijvoorbeeld niet blij met het feit dat Willem I protestants was en de Franstalige edelen vonden het weer vervelend dat de regering Nederlands sprak. Veel liberalen waren daarnaast van mening dat de koning veel te machtig was. Toen in 1830 in Frankrijk de koning Karel X succesvol werd afgezet kwamen ook de Belgen in actie. Koning Willem I wilde de Zuidelijke Nederlanden kost wat kost in het koninkrijk houden en zette het leger in tegen de opstandelingen. Al snel splitste het leger zich echter ook. De zuidelijke militairen deserteerden op grote schaal. Dit versterkte het onafhankelijkheidsgevoel van de Belgen nog meer en er werd een nieuwe koning aangesteld: Leopold van Saksen-Coburg, de eerste koning der Belgen, ofwel Leopold I. Deze koning legde op 21 juli 1831 de grondwettelijke eed af. De eenentwintigste juli is om die reden in België nog altijd de nationale feestdag. Leopold I was in 1830 overigens eerst nog gevraagd om koning te worden van Griekenland. Dit zag de Duitse prins echter niet zitten. De Belgen vonden hem onder meer een geschikte kandidaat omdat ze via deze koning de banden met Engeland hoopten goed te kunnen houden. Leopold I was de oom van de Engelse koningin Victoria. Net als Willem I was Leopold overigens protestants. Hij aanvaardde het koningschap met de toezegging dat hij zijn kinderen in het overwegend katholieke België een katholieke opvoeding zou geven. Het feit dat Leopold alleen Frans en geen Nederlands sprak, was voor de Belgen destijds geen probleem.Image attachmentImage attachment+2Image attachment

0 CommentairesComment on Facebook

More posts

QUI SOMMES NOUS ?

Je me présente: je m’apelle johan Bossuyt et je suis guide touristique certifié du Guided Battlefield Tours, ainsi que guide d’Europe, reconnu par la FBAA et Visitflanders pour les régions suivantes la Normandie- La Somme- Val d’Oise- Lorraine et la Corse. De plus, grâce à mon expérience, les distinations suivantes ont été largement étudiées et appartiennent à mon domaine de travail comme les Alpes-Haute-Provence, Langeudoc, Roussillon, Luberon, la Gironde et Prague en Tchécoslovaquie. Mes spécialisations sont principalement les nombreux champs de batailles en Europe, dont les guerres Franco-Prussiennes et les campagnes Napoléoniennes avec bién sur comme point final Waterloo. Aussi les croisades- les Templiers en Europe, Première et Seconde guerre mondiale ont été longuement étudiées et élaborées par moi et peuvent être proposées comme thême pour une excursion. Des excursions qui ont comme thème la Première Guerre mondiale sont situées dans les environs d’ouest de la Flandre – La Somme- Lorraine Avec le chemin des Dames- Verdun- Argonne et la ligne Maginot. Les excursions sur le thème de la Seconde Guerre mondiale vont de la bataille des Ardennes au débarquement sur les plages de Normandie. Nous garantissons un accompgnement personnalisé et une reconstitution historigue passionnée.